Het slot van Seraing-le-Château wordt al vermeld in 956. Rond 1300 werd het omgevormd tot een versterkte vesting door Thierry Tabareau. In de 14de eeuw komt het kasteel in handen van de familie de la Marck.
De familie de la Marck was oorspronkelijk afkomstig uit Westfalen en was terechtgekomen in de Zuidelijke Nederlanden waar de familie talloze bezittingen had verworven in de Ardennen en in de Maasvallei. In de 15de eeuw nam Willem de la Marck, één van de belangrijkste edelen van het prinsbisdom Luik en bijgenaamd ‘het zwijn van de Ardennen’ vaak zijn toevlucht in het kasteel.
Zijn nakomelingen behielden de heerlijkheid tot 1774. Charles d'Arenberg, oudste zoon van Jean de Ligne en Margaretha van der Marck, wordt dan eigenaar van het kasteel. Zijn familie behield het pand tot aan de Franse Revolutie. In 1812 werd het verkocht aan Warner van Oultremont. In 1869 werd het kasteel verwoest door een brand en hergebouwd naar een model geïnspireerd door de middeleeuwse periode.
Rond 1950 werd het kasteel gerestaureerd door de familie Radzitzky van Ostrowick. Baron Ivan Radzitzky van Ostrowick, conservator aan de Universiteit van Luik, die geen kinderen had van zijn huwelijk met de gravin Jacqueline de t'Serclaes van Wommersom, was de laatste bewoner van het kasteel. Eind november 2003 werd het kasteel verwoest door een zware brand en kwam het zwaar in verval. Het kasteel van Seraing-le-Chateau wordt momenteel opgeknapt en krijgt een nieuwe bestemming als gastenverblijf.